209. Les p'tites casquettes (1977) - Yves Duteil
Yves Duteil (Neuilly-sur-Seine, 24 juli 1949) is een Frans acteur, componist en zanger. Hij was tevens burgemeester van Précy-sur-Marne in het departement Seine-et-Marne van 1989 tot 2014 en zet zich in voor het behoud van de Franse taal, kinderrechten, vrede en het milieu. Al tijdens zijn kindertijd toonde Duteil interesse voor muziek: hij liep school aan het lycée Balzac waar hij orgel speelde in het schoolorkest. In 1967 haalden zijn ouders hem van school om hem privélessen te geven.
In 1968 begon Duteil aan zijn hogere studies economische wetenschappen. Hij kwam niet verder dan het eerste jaar, ging vervolgens maar aan de slag als G.O. (gentil organisateur) bij Club Med, en begon te studeren aan het Petit Conservatoire de Mireille waar ook Françoise Hardy en Michel Delpech werden ontdekt.
In 1972 nam hij zijn eerste single op. Virages werd meteen een succes en andere singles volgen snel. In 1974 kwam L’écritoire uit, het eerste album van Duteil. De verkoop was miniem maar voor Quand on est triste kreeg de zanger wel de publieksprijs en de prijs voor het beste lied op het festival van Spa. Zijn tweede album J'attends deed het aanzienlijk beter en in 1976 speelde hij voor het eerst in de legendarische concertzaal l’Olympia. Van het album Tarentelle uit 1977 gingen 1,2 miljoen exemplaren de deur uit, goed voor een diamanten plaat. Dat album bevatte niet alleen zijn nummer ("Prendre un enfant") maar ook andere klassiekers. Duteil had intussen een flinke reputatie uitgebouwd als live artiest en in 1978 kon hij uitpakken met Yves Duteil en public, zijn eerste live album. In 1979 verscheen zijn vierde album J’ai la guitare qui me démange. De SACEM (Société des Auteurs, Compositeurs et Editeurs de Musique) riep hem uit tot best verkochte artiest van de periode 1970-1979. De single Prendre un enfant werd door de luisteraars van RTL uitgeroepen tot één van de tien mooiste liedjes van het decennium.
[Foto: INA]
Duteils vermogen om met liefde gevulde, ontroerende teksten op zoete of pakkende melodieën te schrijven, heeft van hem een zanger gemaakt die veel meer geliefd is dan hij wordt geprezen door het publiek. Hij is waarschijnlijk niet de eerste die erin geslaagd is buiten de schijnwerpers van de showbusiness te blijven, terwijl hij er toch in slaagde erg populair te zijn, tenslotte deed zijn collega Hugues Aufray dit ook. Maar dit is waarschijnlijk ontstaan door de ontroerende kant van hem te laten zien en dat hij het eenvoudige leven van een echtgenoot en vader leidt en concerten geeft die de dichter/zanger dichtbij een vriendelijke groep mensen brengt waar pure emoties worden gedeeld.
In 2001 bracht Duteil "Sans Attendre" uit, meer introspectief dan ooit en met veel bescheidenheid pakt hij sommige aspecten van zijn leven aan op een manier die hem een diepe kijk op het leven geeft . Op een eenvoudige manier zingt hij over vriendschap in moeilijke tijden ("Les gestes délicats"), compassie voor een vader die hem nooit zoveel genegenheid toonde, wat Duteil niet verhindert om met liefde te antwoorden en alle vriendelijke woorden zingt die hij voor zijn vader vond, en hoe zijn jeugd eruit zag ("Lettre À mon père"). En waarschijnlijk het meest ontroerende nummer: "Pour que tu ne meures pas", een tranentrekker, met een tekst die over de ziekte gaat van Yves Duteil's vrouw, op een zeer bescheiden manier gezongen en die Duteil een diepe vreugde, geloof en liefde in het leven brengt in dit nummer.
In Duitsland worden de chansons van Duteil in de Franse en Duitse taal vertolkt door de Belgisch-Duitse zanger Didier Caesar. Zijn nummer "Prendre un enfant par la main" is in 2001 vertaald en gezongen door de ook bij ons bekende Reinhard Mey met als titel "Gib einem Kind deine Hand".
(bron: nl.wikipedia.org/wiki/Yves_Duteil / en.wikipedia.org/wiki/Yves_Duteil)
Les p'tites casquettes een nummer van Yves Duteil uit 1977. In 1980 werd het in Nederland uitgebracht, het stond 5 weken in de tipparade van de Top 40. Het nummer gaat over over eenvoudig blijven temidden van de muziekwereld. Hij bevestigt hier zijn motto om niet door de mallemolen meegesleurd worden.
Tekst: Les p'tites casquettes
On n'entend pas nos refrains sur les boulevards.
On voit pas nos noms partout dans les gazettes
On met pas nos cœurs à nu dans les canards.
On a tellement peur d'attraper la grosse tête
Que, pour s'en apercevoir, on va tous bientôt
S'acheter une p'tite casquette et l'essayer tous les soirs.
On n'apprend pas nos chansons dans les écoles
On mettra pas nos refrains dans les musées.
Les paroles, on les écrit pour qu'elles s'envolent.
Les musiques, on les écrit pour s'amuser.
On a beau graver nos voix dans la résine
Et passer sous des saphirs et des diamants
On a beau changer les plateaux en platines
On a beau changer les chansons en argent...
On r'prend pas nos petites chansons dans les guinguettes
On n'entend pas nos refrains dans les couloirs.
On est ni des cabotins ni des poètes
On a simplement le cœur à s'émouvoir.
On a tellement peur d'attraper des vertiges
En tournant sur des phonos
Qu'on va tous apprendre à faire de la voltige
Pour ne pas tomber de haut.
Et comme on veut pas nous mettre une étiquette
On nous met dans les "divers" et les "bizarres".
On r'prend pas nos petites chansons dans les guinguettes
On n'entend pas nos refrains sur les boulevards.
On n'apprend pas nos chansons dans les écoles
On mettra pas nos refrains dans les musées.
Les paroles, on les écrit pour qu'elles s'envolent.
Les musiques, on les écrit pour s'amuser.
On r'prend pas nos p'tites chansons dans les guinguettes
On n'entend pas nos refrains sur les boulevards
Mais le soir dans nos maisons, quand tout s'arrête
Reste encore un peu d'amour, reste encore un peu d'espoir
Reste encore un peu d'amour dans nos guitares
Reste encore un peu d'amour dans nos guitares.
(Auteur: Yves Duteil Componist: Yves Duteil)
Tekst: Les p'tites casquettes (De kleine petjes)- Nederlandse vertaling
Wij herhalen onze liedjes niet in de eet- en danstentjes
Men hoort onze refreinen niet op de boulevards
Men ziet onze namen niet overal in de kranten
We ontbloten onze harten niet in de leugenblaadjes
We zijn zo bang om een groot hoofd te krijgen (d.w.z. te veel eigendunk te krijgen)
Dat, om het te onderkennen, wij allen spoedig
Een klein petje zullen kopen en dat elke avond gaan passen
Men leert onze liedjes niet op scholen
Men zal onze refreinen niet in het museum bewaren
De woorden: die schrijven wij opdat ze wegvliegen.
De muziek: die schrijven wij voor het plezier.
Hoe wij ook onze stemmen in hars graveren (78-toeren grammofoonplaten)
En ze draaien onder safieren en diamanten (grammofoonnaalden)
Hoe we ook de platen veranderen in platina
Hoe we ook de liedjes veranderen in geld...
Toch herhalen wij onze liedjes niet in de eet- en danstentjes
Men hoort onze refreinen niet in de gangen
Wij zijn noch opscheppers noch dichters
We hebben simpelweg een hart dat ontroerd wordt
We zijn zo bang om duizelig te worden
Terwijl wij ronddraaien op de grammofoon
Dat we allemaal acrobatiek gaan leren
Om niet uit de hoogte neer te vallen
En omdat wij ons geen etiket willen opplakken
Zet men ons in "diversen" en "weirdo's" .
Wij herhalen onze liedjes niet in de eet- en danstentjes
Men hoort onze refreinen niet op de boulevards
Men leert onze liedjes niet op scholen
Men zal onze refreinen niet in het museum bewaren
De woorden: die schrijven wij opdat ze wegvliegen
De muziek: die schrijven wij voor het plezier
Wij herhalen onze liedjes niet in de eet- en danstentjes
Men hoort onze refreinen niet op de boulevards
Maar 's avonds in onze huizen, als alles tot stilstand komt
Blijft er nog een beetje liefde over, blijft er nog een beetje hoop over
Blijft er nog een beetje liefde over in onze guitaren
Blijft er nog een beetje liefde over in onze guitaren
{{ 'Comments (%count%)' | trans {count:count} }}
{{ 'Comments are closed.' | trans }}